19 aug 2001

Middellandse Zee

Pim

Dagboekfragment

Naar het eigenlijke einddoel van onze reis – de Middellandse Zee – gegaan. Door de ligging van de camping was dat een fluitje van een centîme. (…)

Wij gingen via Gruissan naar Gruissan Plage, door een ogenschijnlijke mini-Camargue, een soort zilte moerasdelta. Gruissan is een soort vreselijke beach-resort, maar dat hebben we niet echt goed gezien, omdat we het stadje nauwelijks zijn ingegaan. We hebben slechts het oude kasteel (ruïne) bekeken. Gruissan Plage was wellicht in de jaren 1960 redelijk hip and fashionable, maar nu is het allemaal wat shabby, met een redelijk lang, breed en schoon zandstrand (niet zo heel druk) en behoorlijke hoeveelheid vakantiehuisjes.

Die doen een beetje aan een verdichte vorm van een US-suburbia denken. Geen huisje is hetzelfde en sommigen verkeren in staat van ontbinding, andere zien er spic en span uit. Ze staan op palen (vanwege overstromingen) zodat je je auto eronder kan parkeren. Om de 4 à 5 huisjes is een asfaltwegje en voor de rest zijn het vooral kiezels en zand. (…)

L. heeft (uiteraard) in zee gezwommen en ik (bij gebrek aan zwembroek) heb beide voeten in de Méditerranéé gestoken. (…)


17 aug 2001

Beziers

Lisette

Dagboekfragment

Op onze tweede rustdag (!) toch nog zo’n 30 km gefietst. Van de camping naar de stad is al bijna 10 km, verder wat sightseeing gedaan en daarbij steile straatjes beklimmen. Eerst naar de VVV, daarna ontbeten in een park, pas rond 12 uur.

Het sluizencomplex – 9 stuks – van het Canal du Midi bezocht. Naar de kathedraal omhoog gefietst, op bankje bij uitzichtpunt koekjes gegeten, terrasje gepikt. Daarna mooie kloostertuin achter de kerk ontdekt en in een heerlijk windje aldaar onder de platanen gezeten. Het lijkt wel of Franse steden en dorpen wedstrijden doen ‘wie de mooiste plataan kan kweken’. (…)


10 aug 2001

Chabeuil – La Bégude de Mazenc

Pim

Dagboekfragment

Met een goed gevoel de ‘horrifying’ camping van Chabeuil achter ons gelaten. Gelukkig was het droog en bleef het droog, en steeds zonniger met een forse noordenwind. Dat maakte de vele kleine en één grote (7 km) klimmen een stuk draaglijker. De grote klim had een aardige apotheose in de vorm van een hele nauwe pas, waar de kracht van de wind nog werd verviervoudigd en je op sommige plekken tegen een helling van ±10 % omhoog werd geblazen. Zelfs het water in het riviertje ter plaatse werd weer omhoog geblazen. (…)